Beroepen – Engelse woorden

Hieronder een overzicht van verschillende beroepen in het Engels.

Woordenschat Engels Nederlands

accountantboekhouder
actoracteur
actressactrice
architectarchitect
artistkunstenaar
bakerbakker
builderbouwvakker
bus driverbuschauffeur
butcherslager
civil servantambtenaar
clerkadministratief bediende
cookkok
dentisttandarts
directordirecteur
doctordokter
electricianelektricien
engineeringenieur
entrepreneurondernemer
farmerboer
floristbloemist
hairdresserkapper
inspectorinspecteur
lawyeradvocaat
mechanicmonteur
musicianmusicus
nurseverpleegkundige
painterschilder
photographerfotograaf
plumberloodgieter
politicianpolitieker
postmanpostbode
psychologistpsycholoog
salesmanverkoper
saleswomanverkoopster
secretarysecretaresse
singerzanger(es)
techniciantechnieker
waiterober
waitressserveerster
writerschrijver

Woordenschat oefeningen

Mogelijks interesseert dit jou ook…

Overzicht andere woordenlijsten

Leer nog meer bij dankzij onderstaande woordenlijsten Engels-Nederlands:

Handige basiswoordenschat

 

·  Cijfers

·  Dagen, maanden, seizoenen in het Engels

·  Dieren

·  Dingen beschrijven

·  Hoeveelheid aanduiden

·  Tijd aanduiden

Vrije tijd

 

·  Hobby’s

·  Kledij

·  Relatie en liefde

·  Sport

·  Woordenschat Computer

Eten & drinken

 

·  Eten en drinken

·  Fruit en groenten

Reizen & klimaat

 

·         Reizen

·         De weg vragen

·         Landen

·         Klimaat en weer

·         Nationaliteiten

·         Verkeer

Lichaam & gezondheid

 

·  Bewegen

·  Gevoelens

·  Karakter

·  Lichaamsdelen

·  Uiterlijke kenmerken

·  Ziekenhuis

·  Ziekte en dood

Zakelijk Engels

 

·  Kopen en verkopen

·  Landbouw

·  Werk

·  Economie

·  Schoonmaak

Wonen

 

·         Huis appartement

·         Interieur

·         Stad en dorp

·         Keuken

Familie & geloof

 

·  Familie

·  Geloof

Overheid, wet & criminaliteit

 

·  Criminaliteit

·  Politiek

·  Oorlog terrorisme

·  Overheid

·  Rechtbank en wet