Reizen – Engelse woorden

Ga jij op reis en wil je Engelse woordenschat bijleren? Dan ben je hier op de ideale pagina.

Eerst kan je Engelse woordenschat leren (algemeen + werkwoorden) die zeer handig kan zijn op vakantie! Daarna kan je enkele oefeningen maken.

Woordenschat reizen Engels – Nederlands

accommodationonderdak
admissiontoegangsprijs
advanced paymentvooruitbetaling
adventureavontuur
ancientoud
arrivalaankomst
backpackrugzak
bagtas
baggagebagage
bathbad
bedbed
campercamper
campgroundkampeerplaats
camping sitecamping
caravancaravan
castlekasteel
cathedralkathedraal
chargetoegangsprijs
checkrekening
choicekeuze
coachlangeafstandsbus
crewbemanning
customsdouane
declareaangeven
depositborg
double bedtweepersoonsbed
dutyinvoerrechten
feetoegangsprijs
full boardvolpension
gift shopcadeauwinkel
guest housepension
guestgast
half boardhalfpension
holiday resortvakantieresort
hotelhotel
ID cardidentiteiteskaart
IDidentiteitsbewijs
inquiryinlichting
inspectioninspectie
journeyreis
ladies’ roomvrouwentoilet
luggagebagage
maplandkaart
men’s roomherentoilet
mobile homestacaravan
monumentmonument
museummuseum
nightclubnachtclub
orderbestellen
palacepaleis
passport controlpaspoortcontrole
passportpaspoort
pintbiertje
porterportier
preparationvoorbereiding
pubkroeg
receptionreceptie
receptionistreceptionist
recreational vehicle (RV)camper
renthuur
restroomtoilet
returnterugkeer
roomkamer
rucksackrugzak
ruinsruïne
securitybewaking
separategescheiden
service chargebedieningsgeld
servicebediening
sheetlaken
showerdouche
sightsbezienswaardigheden
single bedeenpersoonsbed
sleeping bagslaapzak
souvenir shopsouvenirwinkel
souvenirsouvenir
squareplein
stampstempel
statuestandbeeld
stayverblijf
takeoutafhaalrestaurant
tickettoegangskaart
tipfooi
toilettoilet
tourtoer
tourist informationtoeristeninformatie
touristtoerist
towelhanddoek
trailercaravan
travellerreiziger
tripuitstap
twin bedtwee eenpersoonsbedden aan elkaar
validgeldig
visavisum
visitbezoek
visitorbezoeker
youth hosteljeugdherberg
zoodierentuin

Werkwoorden

to bookreserveren
to campkamperen
to cancelannuleren
to check ininchecken
to declareaangeven
to fastenvastmaken
to packinpakken
to planplannen
to put up a tenteen tent opzetten
to reservereserveren
to stayverblijven
to travelreizen
to unpackuitpakken

Woordenschat oefeningen

Overzicht andere woordenlijsten

Leer nog meer bij dankzij onderstaande woordenlijsten Engels-Nederlands:

Handige basiswoordenschat

 

·  Cijfers

·  Dagen, maanden, seizoenen in het Engels

·  Dieren

·  Dingen beschrijven

·  Hoeveelheid aanduiden

·  Tijd aanduiden

Vrije tijd

 

·  Hobby’s

·  Kledij

·  Relatie en liefde

·  Sport

·  Woordenschat Computer

Eten & drinken

 

·  Eten en drinken

·  Fruit en groenten

Reizen & klimaat

 

·         De weg vragen

·         Landen

·         Klimaat en weer

·         Nationaliteiten

·         Verkeer

Lichaam & gezondheid

 

·  Bewegen

·  Gevoelens

·  Karakter

·  Lichaamsdelen

·  Uiterlijke kenmerken

·  Ziekenhuis

·  Ziekte en dood

Zakelijk Engels

 

·  Beroepen

·  Kopen en verkopen

·  Landbouw

·  Werk

·  Economie

·  Schoonmaak

Wonen

 

·         Huis appartement

·         Interieur

·         Stad en dorp

·         Keuken

Familie & geloof

 

·  Familie

·  Geloof

Overheid, wet & criminaliteit

 

·  Criminaliteit

·  Politiek

·  Oorlog terrorisme

·  Overheid

·  Rechtbank en wet