Wat is de present continuous?
De present continuous gebruik je om aan te tonen dat iets bezig of gaande is. In het Nederlands praten we van de progressieve vorm.
Hoe vorm je de present continuous?
De progressieve vorm bestaat uit het hulpwerkwoord to be (am/are/is) + het onvoltooid deelwoord van het hoofdwerkwoord(gevormd door aan de stam -ing toe te voegen):
Am / is / are | werkwoord + -ing |
Opgelet: wanneer je een werkwoord hebt dat eindigt op een –e, laat je de –e weg alvorens –ing toe te voegen.
Bijvoorbeeld:
To play | I am playing |
To write | I am writing |
Voorbeeld present continuous
Hieronder een voorbeeld met het hoofdwerkwoord “to look”:
I am looking | Ik kijk |
you are looking | jij kijkt |
he is looking | hij kijkt |
we are looking | wij kijken |
they are looking | zij kijken |
Wanneer gebruik je de present continuous?
De progressieve vorm wordt gebruikt:
- bij een handeling of gebeurtenis van bepaalde duur die op het ogenblik dat men spreekt gaande is:
I’m living in Rotterdam at the moment. – Ik woon in Rotterdam op dit ogenblik.
- bij iets dat in de toekomst zeker zal gebeuren, dat men van plan is of dat afgesproken wordt:
We are leaving next month. – Wij vertrekken volgende maand.
Ontkenning
Bij een ontkenning laat je not op het hulpwerkwoord volgen:
I am not looking | Ik kijk niet |
you are not looking | jij kijkt niet |
he is not looking | hij kijkt niet |
we are not looking | wij kijken niet |
they are not looking | zij kijken niet |
Vraagvorm
Am I looking? | Kijk ik? |
Are you looking? | Kijk jij? |
Is she looking? | Kijkt zij? |
Are we looking? | Kijken wij? |
Are they looking? | Kijken zij? |